Laos
Blijf op de hoogte en volg Annika
23 Januari 2017 | Laos, Don Det Tok
De toeristen en locals worden in twee houten kano's begeleid waarna we (na wat wachten, niemand weet waarop) naar het vaste land worden gebracht. Na een korte wandeling staat iedereen om 8.30 uur klaar voor vertrek op het busstation waar blijkt dat de bus om 10 uur vertrekt. Terwijl iedereen een aansluitend boot-bus ticket heeft gekocht. Bij het zien van een verkoopstandje met een pot pindakaas besluit ik 1, en niet veel later nog 1, pistoletje pindakaas te bestellen. Genieten geblazen vooral na verschillende pogingen 'broodje pindakaas' waarbij een broodje met boter met pinda's werd bestrooid (you wanted peanuts with butter?!).
Na twee uur wachten, waarbij wachten wel echt hét woord van Laos is, is het uiteindelijk 10.30 uur als we met de bus kunnen vertrekken. Wachten op de bus, in de bus, op de boot, in de boot. Iedereen klaar voor vertrek. Wachten. Wachten tot er iemand komt om je bestelling op te nemen (nee die komt dus niet want die zit in de keuken een magazine te lezen. Of gewoon te zitten. Of ligt achter de balie. Of hangt al dan niet slapend op de balie. Of het personeel zit met z'n allen op de grond een filmpje te kijken. En stralen uit, ook nadat je de aandacht hebt, dat ze liever niet gestoord worden). Daarna is het wachten tot je eten bereid is, dit heeft geregeld - na bestellen - een uur geduurd voordat het eerste eten op tafel kwam. Waarbij er makkelijk bij het opdienen (bijv bij een groep van 4) een half uur tussen de eerste en 4e maaltijd kan zitten. Alles wordt 1 voor 1 bereid. Zelfs twee borden met hetzelfde gerecht worden apart bereid, van begin tot eind. Wanneer dan de maagjes gevuld zijn, is er het wachten op de rekening. Waarbij er meestal gevraagd wordt - aan de eter/ gast - wat en of voor hoeveel hij gegeten heeft. Dan wordt het menu erbij gepakt om de bedragen na het aanwijzen, met een rekenmachine, op te tellen. In alle rust, met een zekere loomheid en een glimlach.
De slechte wegen met oneindige hobbels, zowel de dorpweggetjes als provinciale wegen. Geregeld heeft mijn hoofd het dak van de bus, tuktuk of auto aangetikt. Geen een bus waar ik in heb gezeten had nog een vooruit die intact was. Of aangenaam rook. Of waar de temperatuur niet snikheet of ijskoud was.
En dan de geweldig mooie natuur. De dorpjes waar het wemelt van de (loslopende) hanen en kippen, kuikens, varkens, biggetjes, hangbuikzwijnen. De aanhankelijke kittens en vrolijke honden. De heerlijke broodjes. De lieve mensen, die het leven nemen zoals het is. Het oogt als een zekere continue pasiviteit, waaruit ik opmaak dat ze alles wel goed vinden hoe het is. Iedereen goed vinden hoe hij is. Er is geen verandering nodig, grote tevredenheid. Rust en gemoedelijkheid.
En met een grote tevreden glimlach op mijn gezicht, stap ik de grens over naar Cambodja. Waar men meteen een dollar extra fee probeert te berekenen voor het niet bij me hebben van mijn inentingsboekje. Met een stalen gezicht en een printscreen van een afschrijving vanmijn zorgpremie weet ik die in ieder geval mooi te ontwijken. Op naar Kratie, Cambodja!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley